vrijdag 1 juli 2011

Chinese krijgsmoraal (1) De wil.

Mitesco begint deze maand met een serie van 10 blogs over de Chinese gevechtsmoraliteit. Nauw verwant met de Japanse krijgskunsten: hoe gedraagt een judoka zich als we kijken naar de wortels van de oosterse moraal? Veel Confucius, veel deugd.

Dit zijn ze allemaal:

Moraliteit van de daad – daaruit blijkt het, van buiten:
o Nederigheid (Qian Xu; 謙虛)
o Loyaliteit/trouw (Zhong Cheng; 忠誠)
o Respect (Zun Jing; 尊敬)
o Rechtschapenheid (Zheng Yi; 正義)
o Vertrouwen/betrouwbaarheid (Xin Yong; 信用)

Moraliteit van de geest – daar komt het vandaan, van binnen:
o Moed (Yong Gan; 勇敢)
o Uithoudingsvermogen (Ren Nai; 忍耐)
o Geduld (Heng Xin; 恆心)
o Standvastigheid (Yi Li; 毅力)
o Wil (Yi Zhi; 意志)

--------------------------------------------------

Ik begin achteraan. Bij de wil…


In het judo kun je straf krijgen als je niets doet. Terecht. Want een judoka wil altijd iets doen. Ik begin niet voor niets achteraan bij de gevechtsdeugden, want wie niet wil, komt nergens – niet op de mat en niet in het leven. Waar een wil is, is een weg. 有志者事竟成 yǒu zhì zhě shì jìng chéng… Altijd. Niet voor niets dat mensen die iets moeten overwinnen in het leven, het soms kunnen op pure wilskracht. Kanker, rolstoelen… je hoort de meest fantastische verhalen van mensen die zo ontzettend sterk worden omdat ze het willen. De echt sterke mensen van onze wereld zijn de gedreven mensen, die modern gezegd ergens zo totaal voor gáán, dat ze het bereiken. Allerlei trainingen in opleidingen en bedrijfsleven zijn er op gericht.
Wat willen wij als judoka? Niet de wedstrijd winnen alleen (al kan shi-ai een test zijn, ook op het punt van je wilskracht!) Nee, de belangrijkste ‘wedstrijd’ is die met je eigen slapheid en onwil. Een veel harder gevecht van binnen dan je ooit op de mat kunt voeren. Een hardere schop onder je kont dan de meest traditionele Japanse sensei je ooit kan geven. De zege van je wil op je onwil…

Woorden zeggen veel


De Wil heet op zijn Chinees (Yi Zhi; 意志) en zoals bij bijna alle tien krijgsdeugden, kent het Japans dezelfde kanji: 意志 (いし), in rômaji: ishi. Ishi is echter nog onbepaald als het ware. Het is abstracte wil. Ishi kan nog alle kanten op, de goede en de slechte. Interessant om te zien dat in een taal zo’n wezenlijk begrip pas zijn betekenis krijgt in de verbinding met iets anders.
Zo is er : 意志力 (いしりょく), in rômaji: ishiryoku. Dan wordt het werkzaam, in wilskracht. Let op: het laatste kanji 力 kennen we uit het bekende principe sei-ryoku zen-yo (精力善用), het is ryoku of chikara en het betekent ‘kracht en sterkte’, maar nog op een heel fysiek niveau. Wilskracht in de zin van ishi-ryoku is dan ook iets wat betrekking heeft op het lichaam. De wilskracht waarmee je ziekten overwint...

Er is nog een andere vorm van Ishi. Dat is in kanji 意思 (いし) (ook ishi) en het is meer de wil als uitdrukking van de ziel, en dan wordt het de intentie, de bedoeling. Wil gecombineerd met ‘denken’, letterlijk vertaald. Wil als uitdrukking van vrijheid, van binnen.
Opvallend is overigens dat het radikaal 心 (shin/hart) bij de deugden in allerlei verbindingen voorkomt (als onderste deel van het kanji):忠, 忍, 意, en 志. De wil is helemaal gebouwd – letterlijk – op het radicaal wat ‘hart’ betekent…

Uiteraard is er met het eerste kanji nóg een combinatie met kracht te maken, maar dan met de diepere innerlijke energie, de ki. 意気 (いき) iki in rômaji betekent: moed, temperament. Daar heeft de wil met het hart te maken, met liefde en diepere emotionele drijfveren. Dat kan alle kanten opgaan. Bijvoorbeeld naar 意気投合 (いき・とうごう) iki-tōgō, zoveel als één van hart en één van geest, sympathie, geestelijke vriendschap. Let op het laatste kanji 合 dat we kennen van aikido, betekenis: eenheid, harmonie.
Maar de wil kan ook op het ego worden gericht. Dan wordt het 意気揚々 (いき・ようよう) iki-yōyō, wat trots, hoogmoed, opgeblazenheid betekent.
Een mens kan zichzelf met die zelfde ‘ki’ ook in de put laten zakken. 意気消沈 (いき・しょうちん) iki-shōchin is een soort neerslachtigheid die je zelf oproept, onderscheiden van 銷沈 (shôchin) die je overkomt van buitenaf, zonder dat je het wil…

Onze vrije wil


Wat willen we hiermee zeggen? Een judoka en mens heeft een heleboel dingen in eigen hand. Het is niet waar dat we slechts heen-en-weer geslingerd worden tussen allerlei dingen van buitenaf. We hebben met de schepping een fundamentele vrijheid gekregen en daarmee zijn we in staat tot grote dingen. We kunnen het gebruiken om te beminnen, of om ons hart te vernietigen in wanhoop. Hartstocht opwekken. We kunnen het gebruiken om te knokken, in ons binnenste en naar buiten toe in ons lichaam. We kunnen het ook trainen. Door herhaald te willen wat we willen. Willen we dat? Deel 1 van een serie over oosterse gevechtskunst… Deel 2 volgt spoedig. Over het blijven willen van ons willen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten