zondag 15 maart 2015

Toteki 投的 Tanteki 端的 Zaiteki 在的

Bovenstaande termen komen uit het Japanse boogschieten (弓道, kyūdō, de weg van de boog) , en niet verwonderlijk dat het kanji 的 'doel-schijf' betekent. In een samengesteld woord wordt 的 weergegeven met 'teki', maar op zich noemt men het 'mato'.

Daar kan men drie andere kanji aan toevoegen:
  • 投的 tōteki
  • 端的 tanteki
  • 在的 zaiteki

Het eerste, 投的 tōteki, zou je mogen vertalen met 'toevalstreffer'.  Het kanji 投 betekent echter niet alleen '', maar is ook de basis van ons werpen, we kennen het van Nage-no-kata (投の形) en inderdaad wordt het ook als 'nage' uitgesproken. Niet dat ons werpen toevallig of ongecontroleerd is... maar tōkiteki (投機的) is wél 'de waaghals uithangen', ook in overdrachtelijke zin: 'speculatief'.

Het tweede, 端的 tanteki, betekent het tegenovergestelde van toeval. Het kanji heeft als belangrijke betekenis: rijp, overwogen, helder, bewust, correct, ordelijk. Het wil zeggen dat het schot niet die éne keer in de roos was, maar dat er een technische vaardigheid aan ten grondslag ligt. Hij zit dus normaal gesproken altijd.

Het derde, 在的 zaiteki, is de hoogste staat van vaardigheid in het kyūdō. Het is moeilijk te vertalen, want 在 betekent zoveel als 'existeren, zijn'. Dat klinkt vreemd. Dan ben je zelf de roos? Je eigen doel zijn? Je zo identificeren met je schot dat je schutter en pijl en doel bent? Daarvoor moet je een stap maken boven het niveau van pure techniek uit, en dan wordt het ook 道, . Het interioriseren van waar je mee bezig bent, het integreren in je eigen persoon.

Judo

Alle Japanse 道 (dō) hebben iets gemeenschappelijks. En omdat het gaat om een weg, betekent het ook altijd groei, fasen, stappen. Je begint op een lager niveau en stap voor stap kom je in een diepere laag. Dat het ook geldt voor dingen die wij als westerlingen wat banaal bekijken, zoals boogschieten, of thee-ceremonies doen, tekent onze oppervlakkigheid, denk ik dan.

De drie fasen van het kyūdō, zouden we ook moeiteloos kunnen toepassen op ons judo.
  • 投的 tōteki kan betekenen dat een techniek nog niet eigen is gemaakt en toevallig eens leidt tot een mooie ippon. Veel judoka blijven in die fase, zelfs na veel mat-uren. Ze voelen niet automatisch in elke situatie wanneer er debana is om dan heel overwogen de juiste techniek toe te passen en dus missen ze ook nogal eens... men zou het in de woorden van Jigoro Kano ook mogen zien als het fysieke niveau van het judo.
  • 端的 tanteki betekent dat een techniek helemaal eigen is geworden, en dus in iedere situatie spontaan wordt aangevoeld en uitgevoerd. Een bekend voorbeeld is de onovertroffen uchi-mata van Mark Huizinga. Men zou het in de woorden van Jigoro Kano ook mogen zien als het intellectuele niveau van het judo, waarbij het louter lichamelijke wordt overstegen.
  • 在的 zaiteki komt volledig overeen met de morele en opvoedkundige fase van het judo, zoals Kano dat aanreikt. (vgl. Mind over Muscle, pag. 90-100.) Dan is judo niet meer alleen het spel van de mat, maar een weg naar een hoger doel, een ethisch en maatschappelijk-moreel aspect. Judo als instrument om een beter mens te zijn, ten dienste van de samenleving (jita kyoei).
Aan de buitenkant zie je dezelfde boogschutter, judoka, aikidoka, wat dan ook. Het spel met pijl en boog, of de technieken lijken dezelfde. Maar hun doel is anders geworden hoe meer de beoefenaar vordert. Het verandert de mens zelf. Judoka die niet te oppervlakkig zijn in hun denken, ervaren dat judo op een gegeven moment in hun vezels gaat zitten, deel wordt van je bestaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten