zondag 19 april 2015

Koshi ga takai mono

Koshi ga takai mono 腰が高い者 is een Japans begrip wat door ons westerse mensen niet wordt begrepen. Het betekent letterlijk: 'bewegen met de heupen omhoog', en in normale omgangsvormen zouden we zeggen: 'onbeleefd' en 'hooghartig'. Maar voor de gevechtskunsten heeft het nog een andere betekenis: dat je verkeerd beweegt.

Wij kennen het kanji koshi 腰 van onze heupworpen. En wij denken als eenvoudige westerlingen dat dit slechts een kategorie in de nagewaza is. Dat klopt. Maar voor de Japanner is de heup een belangrijker orgaan dan het kantelpunt voor een worp, of het stukje beweeglijkheid bij de ebi-beweging. Het is het bot waar je centrum, je hara, mee samenhangt en dus je hele balans. Dat is voor de Japanner niet alleen het fysieke verhaal, maar meer je hele persoon. 

Er is een enorm aantal uitdrukkingen waarin de heup bijna je karakter lijkt te bepalen. Bijvoorbeeld: een koshi ga yowai hito (腰が弱い人) is een labiele persoon of zelfs een lafaard. Koshi ga kudakeru (腰が砕ける) betekent: "instorten, flippen, buiten jezelf raken". Terwijl koshi ga suwaru (腰が据わる) betekent: zelfverzekerd en beslist zijn. Koshi ga magatte inai (腰が曲がっていない) vertalen wij met "een rechte rug hebben" maar het is voor een Japanner 'stevige heupen hebben'. En zo kunnen we wel doorgaan... 

Als iemand dan ook zegt: "koshi ga takai mono" tegen een ander, is dat een beoordeling van de totale balans van iemands persoon, wat zich uitdrukt in de lichaamshouding. 

Onze lichamen

Westerlingen staan in de ogen van Japanners uiteraard verkeerd. Hoe is ons ideaal van lichaamsbouw? Smalle heupen (wespentaille) en brede schouders (kast). Daar zitten we ons in de fitness voor op te pompen. Wij ademen meestal ook 'hoog', d.w.z. we blazen onze borstkas op en gebruiken bij het vechten het liefst onze armen. Als je een driehoek moet tekenen over ons lichaam heen, staat de punt naar beneden en de rechte lijn loopt over de schouders.

Een Japanner staat anders en beweegt anders. Hij traint als een sumo-worstelaar. Laag staan, heupen naar beneden, balans vanuit de hara en de heupen zoekend. Brede schouders mag wel, maar niet zonder de heupen daaronder stabiel te hebben. De driehoek staat net andersom dus... 

Voor de budosporten geldt daarom in het algemeen: de basis van het bewegen komt uit de heupen. Daar is je balans. Je soepelheid (denk aan je ebi). Voor de Japanner maakt de heupsectie het lichaam één: boven- en onderlichaam worden er door verbonden, het is het centrum dus. Aikidoka krijgen dat continu ingepeperd. Judoka weten het wel, maar doen er weinig mee.

De vraag is of ons westerse lichaam 'snapt' wat de Japanner voelt. Leven vanuit je heupen vraagt anders lopen en bewegen. Wij kunnen geen kwartier in een kikkerhouding zitten. Onze benen zijn vaak lange stelten en zijn anders gevormd of gespierd. We lopen op schoenen met steunzolen en hakken, en niet blootsvoets of op platte zori. Heel ons lichaam voelt anders. Het is wellicht een kwestie van trainen en bewustwording, maar we blijven wie we zijn. En hoe ouder we worden, hoe minder we dat kunnen corrigeren. 

Het zou hooghartig kunnen zijn om te menen dat we niet koshi ga takai mono bewegen. Laten we beleefd en nederig zijn, letten op ons postuur, maar als we onze sterke armen niet willen verslappen, zullen we allemaal 'kast' modellen blijven, of in een slechter geval een dikke buik over onze hara laten hangen. Wie begrijpt de Japanner volkomen? Waarschijnlijk alleen de Japanner zelf...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten