zondag 24 juli 2016

Kinderen kinderen laten zijn

Nogal wat sportscholen hebben een 'wedstrijdselectie'. Een groep judoka die uitblinkt en in staat moet zijn met wedstrijden mee te doen. De recreatieve groepen zijn er - zeker bij de kinderen - in overvloed, maar wie competitief is ingesteld en in waar de coach iets in ziet, kan worden gevraagd om meer te trainen, en meer wedstrijdgericht. Dan kan men meedoen met 'belangrijker' wedstrijden dan de clubkampioenschappen. Dan speelt men een potje mee op de toernooitjes die in de regio worden gehouden en niemand rept dan nog over een NK of zo. Eerst maar eens leren tegen je verlies te kunnen en niet te huilen...

Over het algemeen willen kinderen maar al te graag bij de 'selectie' horen. Want dan ben je goed! Ouders zijn trots en hebben er van alles voor over om met de kinderen toernooien af te gaan en ze te helpen op de weg naar de top. De eerste medailles en bekers worden zorgvuldig uitgestald en het kind groeit in zelfvertrouwen als het als lid van de selectie ook nog met prijzen thuis komt. De beweging van ouders die voor hun kinderen alleen het beste goed genoeg vinden, en de ambitie van moderne kinderen die zich individueel willen (leren) ontplooien, komen bij elkaar in de 'selectie' die mede gedragen wordt door sponsors, variërend van de plaatselijke supermarkt, tot het bedrijf van een van de judo-ouders. Tot zo ver kan het allemaal nog goed gaan...

Kritische reflectie

Nu is het geweldig om kinderen die het kunnen, in het judo verder te helpen. Maar hoe ver moet/mag je daar in gaan? Ik las deze week een stuk wat tot nadenken stemt, van Prof. dr Chris Visscher - hoogleraar Jeugdsport van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) die de vraag durft te stellen of de "selectiestress" niet veel te overdreven of zelfs ongezonde vormen begint aan te nemen. 
"Sportprestaties hebben een ander belang gekregen. Je hoorde 25 jaar geleden nauwelijks dat kinderen topsporter wilden worden en dat ze dachten er rijk van te kunnen worden. Dat perspectief is veranderd. Het gaat ook over status, ouders hebben soms zelf het idee dat ze die prestatie hebben geleverd, terwijl het om hun kind gaat."
Professor Visscher heeft wel een punt. De ambities van ouders (en sportclubs en bonden) zijn soms erg vergaand en zo wordt het kind ook meegesleept in een proces waarin het zijn/haar eigen ontwikkeling niet kan bijhouden. Topsport? Voor een kind? Kort gezegd is het dit: een kind heeft een eigen ontwikkelingstempo. Als er wordt gesproken over topsport en prestaties, wordt er snel over de hoofden van de kinderen beslist dat ze er beter van worden om de lat zo hoog mogelijk te leggen. Ouders en sportcoaches luisteren soms niet erg naar het kind, en trekken/duwen dan hard waardoor het kind 'overspannen' wordt en de klap voor het zelfbewustzijn extra hard aankomt als de doelen niet gehaald (kunnen) worden. Het kind wijt dat aan zichzelf, terwijl het niet kan begrijpen dat het niet zelf faalt, maar eigenlijk... zijn ouders/opvoeders. Zouden daarom goede judoka soms van de ene op de andere dag hun pakken op Marktplaats gooien? De droom die uiteen spat en het kind dat wakker wordt in een andere realiteit dan de ideeën van hun ouders en leraren?

Op andere sporten betrokken zegt Visscher: 
"De Federers en Messi’s van deze wereld zijn de grote uitzonderingen. We laten ons er te makkelijk door verblinden, vindt Visscher, en de consequenties daarvan zijn steeds ingrijpender. “Profclubs in het voetbal beginnen nu al bij de E-tjes met selecteren en opleiden. Maar het is helemaal niet bewezen dat het kinderen verder brengt. Misschien is een specialistische ontwikkeling zelfs wel slecht en een veelzijdige veel beter. Een recente studie heeft in elk geval aangetoond dat vroege specialisatie vaak leidt tot blessures op latere leeftijd."

Kan men dit ook toepassen op het Nederlands judolandschap?

Ik denk van wel. Wat ook NOC*NSF in ieder geval constateert, is dat de uitval van jeugdleden in de puberteit enorm hoog is. Ook bij de zogenaamde 'selectie'- in onze sportschool gaan ze echt niet allemaal door tot ze 21 zijn. Waar zou dat door komen? Is dat de mentaliteit van de moderne jeugd die liever Pokemons vangt op hun mobieltje, dan elke dag gedisciplineerd traint? Vast. Maar zou niet het aspect van 'overspannen verwachtingen' een even grote rol kunnen spelen? En wat te denken van kinderen van onder de 17 die soms langdurig geblesseerd raken? Paste 'topsport' wel bij hun fysieke ontwikkeling?

Om die reden heb ik mijn grote vraagtekens bij het recente beleid van de JBN dat er (met NOC*NSF) op gericht is om judoka zo vroeg mogelijk binnen te loodsen in een 'topsport-traject'. Dat een eigen club er een selectie op na houdt, allez. Dat kan binnen een club nog binnen redelijke proporties. Maar om kinderen tussen de 12 en 15 jaar al te 'verplichten' of met aandrang uit te nodigen om mee te doen met een RTC (Regionaal Trainings Centrum) of sportgericht LOOT-onderwijs te laten volgen, vind ik persoonlijk wat overdreven. Moeten kinderen zich laten meeslepen in de tomeloze ambitie van het grote geld en de Olympische droom, of ouders prikkelen om hun ambities steeds hoger te stellen en voor kinderen wellicht onverantwoorde beslissingen te nemen? Een kind wat slechts redelijk presteert en zo op een NK terecht komt, uit een eigen omgeving te zetten en richting 'topsport' te duwen, is toch... overspannen? Een kind van 13 uit de provincie pushen om in een andere stad op een LOOT-school zich aan sport toe te wijden, hoe kun je dat toch doen? Hoe kun je als gezin toch verantwoorden dat je in deze tijd van aangespannen broekriemen, kinderen tegen enorme kosten overal heensleept omdat de JBN-mensen iets leuks voor de 'weg naar de top' voor ze hebben bedacht? Want laten we wel bedenken, dat de bedragen voor uitzendingen naar internationale wedstrijden in de papieren lopen: naast de toernooien hakken reis- en verblijfskosten er enorm in en je mag ze allemaal zelf ophoesten als je geen rijke sponsor hebt.

Het lijkt mij dat een kind van 13 met rust moet worden gelaten als het gaat over 'ambities'. Práát niet eens over topsport. Laat ze niet continu hun grenzen opzoeken. Denk niet over Olympische Spelen. Al heeft een jongen/meisje een bruine band en een leuk kastje bekers en medailles, laat het in hemelsnaam nog lekker Pokemons vangen. Laat zo'n kind 'kind' zijn en maak er geen 'mini-volwassene' van. Zijn we niet zelf ooit allemaal kind geweest? Toen ik zo jong was speelde ik nog lekker buiten... Het leven was een spel en niemand duwde tegen me aan met ambities en prestaties. Wat zou ik de geselecteerde kinderen voor het RTC gunnen dat zij tegen hun ouders konden zeggen: "pap/mam, laat me nog spélen, laat me kind zijn, alsjeblieft!"

Maar goed, ik hoor ze denken 'daar boven'... daar kweken we geen topjudoka mee. Wellicht. Maar mijn twee centen zijn dit: bij elke vorm van opvoeding en onderwijs staat de leerling centraal, of niet? Mooi zo. Dan kijkt de judo-coach dus naar wat goed is voor het kind en niet of de dojo vol is met aanstaande toppers. Laat kinderen kinderen zijn, zij staan centraal. Als kind.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten