zondag 16 oktober 2016

Niet bang voor de horrorclown: de controle bewaren

Het nieuws

Deze week konden we lezen over de 14-jarige Luc uit Delft die op straat een zogenaamde 'horrorclown' van zich af sloeg. Een stoer verhaal natuurlijk, maar ook een goed voorbeeld waar zelfverdedigingssporten aan bijdragen.

Luc zit al sinds zijn jongste jaren op kickboksen en MMA. Kijkend naar de buurt op de video, vermoed ik dat hij niet de enige is in die wijk. Juist deze 'hardere' vechtsporten zijn populair in bepaalde lagen van de samenleving - zullen we maar zeggen. Het is de vraag of het uitdelen van trappen en stoten op straat de bedoeling van de trainingen is. Het is dat meneer de 'horrorclown' zelf in overtreding was en zich niet snel zal melden, maar anders zou Luc een aangifte aan zijn broek kunnen verwachten. Al blijkt uit het verhaal verder niet dat hij disproportioneel heeft geslagen - de clown werd immers niet het ziekenhuis in getrapt - je mag een inbreker in je huis ook niet als trapzak gebruiken.

Angst?

Toch vind ik het verhaal interessant. Niet het aantal klappen en trappen is zo boeiend, maar wél de onverstoordheid waarmee zo'n relatief kleine puber een aanvaller tegemoet treedt. De 'horrorclown' is archetypisch bedoeld als angstaanjagend fenomeen. Je kunt je aanvaller niet herkennen, je weet niet wat voor bloeddorstige attributen hij bij zich heeft. Normaal is de eerste reactie dan ook: schrik en angst. Dat is ook het doel van de 'lolbroek'. Dat een getraind vechtertje op dat moment blijkbaar géén angst voelt, heel koel zijn broertje met de honden naar huis stuurt en op zijn badslippers een volwassen man van zich af trapt, wijst op een mentale kracht die groter is dan zijn vechtkunsten.

Mentale sterkte

Daarom neem ik het verhaal ook mee op dit blog. Wat mij wel fascineert is die koelbloedigheid. Het ontbreken van een elementaire angst. Het effectief kunnen handelen in zo'n rare, onzekere situatie. Het nemen van verantwoordelijkheid en beheersing tonen. Zoals die twee Amerikaanse commando's in de Thalys naar Parijs vorig jaar, toen ze iemand een geweer hoorden doorladen: pak hem! Dit is wat commando's en militairen trainen, wat deze vechtsporten (blijkbaar) trainen, en wat... judo zou moeten kunnen trainen?

In allerlei onverwachte situaties van het leven kunnen er dreigingen op ons pad komen. Geweld. Gevaar. Het probleem is niet de situatie op zich - dat hoort bij het leven. Het probleem is de manier waarop mensen het gevaar tegemoet treden. Normaal is: een schrikreactie. Wegrennen eventueel. De angst slaat toe, en we raken de coördinatie over onszelf kwijt. Het lichaam schiet in de stress en kan in een uiterst geval in shock raken. Dat is een gevolg van een extreme impuls vanuit de hersenen, een mentaal iets dus. Zijn wij mentaal zo sterk als we soms denken? Nee, meestal blijkt in zulke situaties mentale zwakte.

Controle bewaren

Als Luc zo koel zegt: "ik zou hem zo weer pakken", en de volgende dag weer gewoon de hond gaat uitlaten, dan betekent het, dat zijn vechtsporttraining hem mentaal zó weerbaar heeft gemaakt, dat hij in deze gekke situaties de controle behoudt. En dát is het meest wezenlijke van alle gevechtskunsten. Controle. Vanuit de geest.

Wij als judoka kunnen bij dit verhaal in de spiegel kijken. Wij kunnen soms wel denken dat langdurige training van judo (ju-jutsu of aikido, of om het even welke Oosterse stijl) het herhaald doen van randori, het aflopen van wedstrijden met wisselend succes, allemaal niet zoveel betekenen in concrete situaties. Ik geef toe dat tegen een 'horrorclown' een judo-techniek minder goed zal werken dan een hoge trap. In die zin zijn ju-jutsu en ook de hardere kunsten wellicht effectiever. Maar wat óók de geoefende judoka kan/moet/zal hebben is: controle over zichzelf en zijn angsten. Blijvende coördinatie bewaren. Intensieve training wil juist dát bereiken. Randori maakt je onverschrokken bij elke aanvalsvorm. Andere kunsten dan judo trainen dan ook nog op al die verschillende (mogelijke) aanvalsvormen, zelfs de gewapende. Maar judoka moeten er mee kunnen omgaan, en gecoördineerd zelfvertrouwen hebben, balans bewaren.

Om die reden trainden de oude Samurai ook consequent in omgang met de dood, door daar zelfs een meditatie daar over te houden. Ik ga daar met Pasen volgend jaar een stukje over schrijven, dat is immers een feest waarbij de overwinning op alle angst en dood wordt gevierd. Onverschrokkenheid. Niet bang zijn. Voor niets.

Wij zouden net zo koelbloedig moeten kunnen blijven tegen aanvallen, van 'horrorclowns' of andere 'horror'-situaties. Niet paniekerig gillen maar gecontroleerd handelen. We hebben er voor geleerd. De praktijk van onze soms onherbergzame wereld is het beste examen.

-------------------------


Naschrift, dit slechts terzijde. Ik verwacht niet dat dit stukje 9.200 keer gelezen gaat worden zoals dat van vorige week over discipline, maar soms wordt dit weblog wel erg goed gelezen. Afgelopen week schoot de teller van dit weblog dan ook over de 200.000 pageviews heen. Dat had ik in 2009 niet gedacht toen ik een blogje begon over achtergronden van judo...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten