maandag 13 december 2010

Kata en voorlezen

Mooi voorlezen

Wie kan het beste voorlezen? Is dat degene die weet wat er staat of iemand die weet wat je van taal kunt maken?

Voorlezen is een vak apart. Je moet de zinnen die je uitspreekt, precies begrijpen en je in ieder detail kunnen inleven. Een man die boos zegt: “Is het nou onderhand afgelopen?” moet je dat niet laten zeggen op een toon alsof hij vraagt of je een schaaltje bonbons wilt doorgeven! Dan moet het búlderen: “Is het nou onderhand ÁFgelopen?” Met een enorme klémtoon op ‘AF’. Als je de klemtoon die zin legt op ‘nou’, of op ‘lo-’ in lopen, dan is het weliswaar nog steeds Nederlands, maar dan klinkt het al niet boos meer. Als je de nadruk sterk wilt leggen op “AF”, dan moet je de eerste woorden van de zin (Is het nou onderhand ) sneller en zonder extra accenten uitspreken om dan alle energie op “AF” te kunnen storten. Dan komt de zin áán. Boos! En zo gaat het met een héle tekst. Wie wil vóórlezen, bereidt die minutieus vóór en er mag geen detáil ontbreken. De kunst van de juiste accenten in de zin, de intonatie, of een zin aan het einde zachter of harder klinkt, hogere en lagere spreektonen… o wat is taal dan opeens moeilijk. Als je de letters kent, ken je nog geen woorden; als je woorden kent, ken je nog geen zinnen; als je zinnen kent, ken je nog geen taal. Laat staan dat je poëzie bedrijft.

Tot zover deze lange inleiding op kata in judo.

Kata wordt wel eens de grammatica van het judo genoemd. Terecht. Wie kata beheerst, beheerst alle technieken precies zoals ze horen te lopen. Maar kata is ook een climax van het judo. Wie kata kent, kan judotechnieken als het ware ‘voorlezen’. Wie een kata loopt, kent niet alleen de technieken in hun onderdeeltjes (woordjes), maar kent de hele zinnen, met alle gevoel wat er in opgesloten ligt. In kata drukt een judoka zijn eigen gevoel bij de ‘tekst’ uit, hij interpreteert in zekere zin de literatuur en maakt er een levend kunstwerkje van. Wie dát beheerst (ik zet het accent nu expres op de a), wie dát beheerst, beheerst álles. Mitesco schrijft zijn teksten ook altijd alsof hij ze uitspreekt. Niet voor niets – ik typ bijna net zo snel als ik denk en spreek. Dan is een tekst ook levend. Dan kun je er ook mijn gevoel uithalen. O ja, alles wat met kunst te maken heeft is in feite hetzelfde. Expressie die door anderen wordt opgepikt. Wat koop ik er voor als ik iets wil zeggen en niemand kan het begrijpen? Of wat betekent mijn tekst als iedereen het verkeerd verstaat? Dan doe ik iets niet goed!

Levende kata

Als een judoka Nage no Kata demonstreert, en niemand begrijpt het principe dat hij wil uitdrukken met zijn techniek, is zijn kata dood. Heel veel judoka lopen hun kata op een dode manier. De techniek klopt wel, maar lééft niet. Er zit geen ‘Schwung’ in - zoals de Duitsers dat noemen. De emotionele en mentale bedoeling van een techniek wordt niet uitgedrukt. Heel vaak omdat… de judoka het zelf niet eens heeft begrepen. Iemand die het gevoel wél heeft, merkt dat direct. Die zíet het, zoals een Nederlander hoort als een buitenlander een Nederlandse zin voorleest die hij niet begrijpt.

Ippon seoi nage bijvoorbeeld

Een voorbeeld. Sommige judoka weten wel wat ippon seoi nage is. Voor velen is dat nog steeds de eerste schouderworp, maar voor iets meer ontwikkelde judoka heeft die techniek een Japanse naam. Voor de kata-liefhebbers: eerste serie Nage no Kata, tweede techniek. Gaan we die in het kata lekker als ‘spierballenworp’ doen? Dat dénk ik toch niet. Het principe is namelijk niet de ‘spierbal’, de sterke biceps in de oksel van de ‘tegenstander’, maar een overname van een keiharde aanval van uke – zo heet de ‘tegenstander’ bij het kata... De overname van de energie die uke aan tori wil geven door een klap op zijn kop, een soort klievend zwaard, met héél veel woede en energie uitgevoerd. En omdat uke zó ontzéttend kwaad is op tori die hem net met uki otoshi door de lucht heeft laten vliegen, gebruikt hij veel meer domme kracht dan nodig. En dat betekent dat hij wéér gaat vliegen, maar nu omdat tori die aanvallende arm gijzelt op zijn ‘spierbal’ en op exact het juiste moment indraait, even door zijn knieën gaat onder uke’s zwaartepunt en hem dan ‘over zijn schouder laat slingeren’.

Een spannend verhaal

Beste lezers en lezeressen, ippon seoi nage is een spannend verhaal, vol dynamiek, en degene die kata laat zien, wil aan iedere toeschouwer tonen hoe vol woede, energie en spanning deze korte ‘zin’ in Nage no kata is. Uke en tori zijn allebei verantwoordelijk voor het mooie rollenspel van deze ‘voorleeszin’. Faalt één van beiden, dan loopt de hele zin niet meer. Als uke boos is, maar tori reageert nét iets te traag, dan is de hele spanning er uit – gesteld dat de worp überhaupt nog lukt. Als tori op scherp staat en snel genoeg is voor de bewegingen, maar uke te braaf is dus niet genoeg energie geeft, zijn snelheid en energiestroom niet op elkaar afgestemd en moet tori veel te hard werken voor zijn worp. In beide gevallen wordt de techniek mogelijk ‘correct’ uitgevoerd met de stapjes en het resultaat dat uke op de mat landt, maar dan nóg lijkt het nergens op… want het gevoel van de worp is NIET overgebracht.

Kunst

Welaan, wat is kata dan opeens moeilijk. Allerlei judoka die hun zwarte band willen halen, denken het ‘kunstje’ wel even te flikken, terwijl het dus écht een KUNST is met een grote ‘K’. Het is pure kunst, vóórlezen van diep doorleefde principes, een diep verstaan van wat judo is, en wat de Stichter met zijn gedichten ons wilde voordragen. Het vraagt een heel goed literair gevoel om zo iets moois te kunnen declameren, en de kijkers een genoeglijk moment te laten zien.

Persoonlijk ben ik nogal een judogenieter. Ik zie graag mooie poëzie. Taal is een gave, en dat leer je alleen te verfijnen door jarenlange ervaring in lezen en schrijven. Voor judo geldt hetzelfde. Kata is de proef op de som. Heb je het écht begrepen? Dan wordt het een kunststuk. Waar zijn de judo-artiesten toch gebleven?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten