Toevallig kwam ik laatst op een site van
een aikido-club en die bood de aikidoka een cursus bloemschikken aan. Pardon?
Ja. Bloemschikken. Maar dan niet zoals wij Europeanen dat doen, een vaas vol
bloemen of een groot stuk met een halve bloemisterij er in, maar ikebana, de
Japanse manier van bloemen "tot leven brengen".
Ikebana (生け花) van ikeru (生ける,
"levend maken") en hana (華 "bloem") wordt in Japan ook wel kadō
(華 道)
genoemd, "de weg van de bloem", en is nauw verwant met alle andere
vormen van schoonheid en harmonie, zoals het bereiden van eten en natuurlijk de
thee-ceremonies. O, dan gaat het dus over iets méér dan het in een pot planten
van een hoop bloemen, dan is het dus iets met een diep bewustzijn en een
leer-weg. Inderdaad.
Over de geschiedenis van ikebana en het werken met bloemen zelf ga ik op
dit blog niet uitweiden, maar wel zie ik een paar punten waarom ik begrijp dat
sommige aikidoka (en ook judoka) zich hiermee bezighouden.
Allereerst is ikebana nauw verwant met het Japanse schoonheidsideaal,
waarover ik meerdere blogs heb geschreven in april. Om kata goed te verstaan,
moeten we de asymmetrie en ‘imperfectie’ van wabi-sabi verstaan, en dat
betekent dat het zoeken naar zogenaamde perfectie in harmonie en symmetrie niet
het ideaal van de Japanner is. Wie een Japans bloemen-arrangement volgens de
principes van ikebana bekijkt, ziet dat meteen terug. Totaal geen symmetrie,
eerder een soort schone ‘chaos’. Het lijkt alsof een paar bloemen en stukken
groen willekeurig in elkaar zijn gestoken. Waarmee het uiteraard wel
uitdrukking is van hoe de natuur zelf is…
Wat mij altijd opvalt bij de Japanse bloemsierkunst, is de volkomen rust
die het uitstraalt. Het is totaal niet druk of overdreven. Eerder
minimalistisch, maar juist daarin heel mooi. Het minimale is geen uitdrukking
van een gemis aan iets. Nee, het lege wordt juist gevuld met wat er omheen is
gedrapeerd. De bloemen en groene of veelkleurige elementen drukken uit dat
ruimte gevuld wordt, en ook de ruimte tussen de bloemen. Je zou kunnen zeggen
dat in ikebana het woord Ma (間) heel belangrijk is. ‘Ma’ betekent ‘ruimte’
en we kennen het van ma-ai, de juiste afstand/ruimte tussen judoka/aikidoka.
Een eigen werkje |
Niet vreemd dat je meer ikebana ziet in relatie tot aikido. Want de weg van
de bloem past meer bij het diepzinnige van een kunst die niet wil vechten maar
voelen, die de krachten en gaven van de natuur in zich wil opnemen, en niet
vecht met de natuur. Judo zou dit ook moeten zijn, bij uitstek. Want ikebana is
zeer ‘jû’ uiteraard, en ‘jû’ is méér dan golven en rotsen… het is álles wat natuurlijk is.
Daarmee zijn we ook bij de relatie tussen judoka, aikidoka en ikebana. Alledrie
willen ze op een volkomen natuurlijke manier ‘zijn’. Het ‘zijn’ is belangrijker
dan het bereiken van iets. Het minimalistische van ikebana zou ook judo en
aikido mogen inspireren. De mooiste techniek op de tatami is eenvoudig en
ongecompliceerd natuurlijk. Natuurlijk, een mooie serie van technieken en
combinaties kan prachtig zijn, maar als we weer mogen terugkomen op kata en wat
we bij aikido ook doen: elke techniek is eigenlijk een vloeiende natuurlijke
beweging, zonder overbodige energie-uitspattingen.
En wat we bij judo maar moeilijk toepassen is de ‘ma’. Ja, in het kata zien
we hoe belangrijk het juiste aantal stappen is voor aanval en techniek. We
houden er helaas vaak bijna de lineaal langs in plaats van te kijken naar de
natuurlijke ruimte tussen twee personen, maar goed. Toch is de schoonheid van een techniek
eigenlijk vooral de beweging in de ‘lege’ ruimte die gevuld wordt door de twee
soepele lichamen.
Eigenlijk… maken judoka en aikidoka ikebana met hun lichamen. Eenvoudig,
ruimtelijk, natuurlijk, harmonieus, schoon. De judoka als bloem. Hmmm een mooi
beeld. Hou het mooi, geef elkaar ruimte, adem, wees in harmonie met elkaar, ga
een weg. Judo. Aikdo. Kado.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten