Van een bevriende bankrelatie kreeg ik een uitnodiging voor een ludieke workshop met de titel 'de kracht van anti-klagen.' In de beschrijving staan de volgende heldere lijnen uitgezet:
- met klagen komen we niet verder in het bereiken van onze doelen
- chronisch klagen is besmettelijk
- klagen kan hele samenwerkingsverbanden tot stilstand brengen
Het deed me direct denken aan wat Jigoro Kano eens heeft geschreven:
Wat is er nou zinvol aan klagen? Het is zeker geen pretje voor degenen die naar de klachten moeten luisteren. De energie die wordt gebruikt om onplezierige klachten te uiten, kan zeker niet beschouwd worden als seiryoku zenyo. Nee, al de energie die wordt gebruikt om te klagen en te mopperen kan veel nuttiger worden besteed. Dat betekent: ruk jezelf los van al die onplezierige gevoelens en houd op met al die zieke praat naar anderen toe. Uiteindelijk zal blijken dat je al die energie het beste kunt geven aan je eigen geluk of de verbetering van de samenleving. Dit principe moet worden toegepast, overal en altijd. (Mind over Muscle blz. 81)
De bank snapt dat het voor de relaties en de opbouw van goede samenwerking tussen bedrijven belangrijk is om een positieve en opbouwende houding aan te nemen in alles, maar de gemiddelde Nederlander denkt daar - zeker in crisistijd - heel anders over. In plaats van de zegeningen te tellen, concentreren veel mensen zich wel degelijk op elke minuscule zegening die ontbreekt. Daarmee krijg je een negatief gist in de samenleving wat zich inderdaad als schimmels ondergronds verspreidt.
Maar de drie elementen van de bank zijn ondertussen volledig waar.
- Klagen verduistert onze doelen. Voor een judoka in de geest van Kano is dat een soort doodzonde. Kano stelt altijd dat de enige manier om je energie goed te gebruiken is: efficiency en doelgerichtheid. Als je niet weet waar je héén wilt onderweg, rijd je maar wat heen en weer en kom je nooit aan. Als je op de mat maar wat klooit en verveelt met elkaar, komt er behalve wat duwen en trekken nooit een fatsoenlijke techniek. Maar de judotraining is uiteraard slechts een training voor het echte leven van mensen met elkaar. Als je niet samen positief en eensgezind ergens naar streeft, zullen alle gesprekken voeren tot misverstanden, onbegrip, conflicten en na veel verspilde energie geen enkel doel hebben gediend.
- Zeker, als we te veel klagen, is dat aanstekelijk. Een negatieve sfeer is zo gemaakt, het opbouwen van een positieve sfeer is veel moeilijker! Vandaar dat alle trainingen en cursussen in het bedrijfsleven proberen te werken aan een positieve sfeer, en om dát aanstekelijk te maken. In judotrainingen (en andere sporten) wordt daarom enorm gepusht om altijd maar door te gaan. Niet aan de kant gaan zitten, doorgaan! Als er één geen zin meer heeft (jeugdgroepen hebben dat nogal eens) hebben er anderen ook al snel geen zin. Net zoals als er één naar de wc gaat, daarna al snel iedereen 'moet'.
- Klagen kan hele samenwerkingsverbanden stilleggen. Het verlamt. Niemand ziet meer licht. En omdat men geen doel meer heeft en dingen mislukken, gaat men nóg meer mopperen. Het bevestigt zichzelf: zie je wel. Ik kan niks, ik ben niks, het wordt niks. In judo is echter het principe van jita kyoei van toepassing: alleen samen kunnen we schitteren. Alleen wordt het niks, met een ander erbij wordt het pas mooi. Partnerschap! Alleen als beide judoka positief elkaar aanmoedigen, komen ze samen op het doel (een mooie techniek). Maar ook hier is de judotraining één op één toepasbaar in het gewone leven. In bedrijven. In vergaderingen. In gezinnen. Je staat samen voor een bepaald doel, je moet het samen doen, en dan kun je niet negatief of mopperig tegenover elkaar gaan staan, dan vernietig je elke vorm van samenwerking en blijf je alleen over. Alleen kun je echter niet judoën, maar alleen kun je ook niet leven en maar zelden iets bereiken.
Kortom: wie leeft in de geest van het judo, en zijn energie goed en doelgericht gebruikt, kan alleen maar positief zijn. Dat moet een grondhouding worden. Dat kun je leren op de mat. Door ook door je pijn en frustratie heen te trainen en niet te mopperen, niet op te geven, maar juist anderen aan te moedigen. Dan trek je elkaar er doorheen en wie dát voelt... kan het ook buiten de dojo.
Ik wens niet alleen de mensen van de bank, maar ook elke judoka in welke vorm hij ook met anderen samenleeft, een klaagvrije werk- en leefplek, en een positieve judohouding in alles.
En tel altijd je zegeningen! Het zijn er meer dan we soms denken...