zondag 25 januari 2015

Mythen en judo: zin en realiteit

Hoe zijn de Japanse gevechtskunsten ontstaan? Volgens de overlevering was dat omdat een monnik, Bodhidharma (482–539)  enkele monniken van het Shaolin klooster (op de 'Berg van het Berenoor' in het Sung-gebergte) in een slechte lichamelijke staat aantrof. Meditatie kan ook lui en stijf maken, zeker als je niks anders doet. Bodhidharma introduceerde dus gevechtkunsten als middel om beter te kunnen mediteren. Daaruit zijn uiteindelijk kempo, kung fu en karate ontstaan. 

Willen we ook wat traditionele verhalen over het ontstaan van het judo? Of beter nog: aikido. Want Morihei Ueshiba heeft een soort goddelijke openbaring ontvangen, of niet?

Geloven we al dat soort mythen? Zou er een kern van waarheid in zitten? Dat gevechtskunsten ontstáán zijn om een betere balans tussen geest en lichaam te vinden, een yin en yang experience?

Wat het ook is, bij de Action kopen mensen massaal boeddhabeeldjes, of ze hangen een rozenkrans om, terwijl ze zeggen nergens in te geloven, niet in het boeddhisme en niet in Maria en Jezus. Zeggen ze...

De betekenis van mythen

Godsdienstpsychologen en alle psychologen in de school van Carl Gustav Jung, hebben gewezen op de nuttige en vormende werking van mythen. Wij westerse en verlichte mensen denken al heel snel: 'verzonnen verhaal = niet waar'. Terwijl het helemaal niet gaat om de waarheid van een verhaal, maar over de zin van een verhaal. Heel veel overleveringen, boeken, geschiedenissen, maar ook sprookjes, legenden, rituelen en tradities hebben een betekenis omdat ze iets zeggen over het leven van nu. Niet létterlijk, maar in een symbolische betekenis. 

De psychologie toont aan dat dit een oer-behoefte van de mens is: zingeving. Waar deze ontbreekt, zoeken mensen naar nieuwe mythen om die behoefte te bevredigen. De sprookjes van de Romantiek (Gebroeders Grimm 1810-1850, verbeeld in de Efteling) waren een reactie op het rationalisme van de Verlichting. De 'romantische' bouwstijlen (ook nu) een reactie op de ongeborgenheid van het functionalisme in de bouwkunst. 'Ongelovige' jeugd heeft tóch behoefte aan Harry Potter en de oermythes van de overwinning van het goede op de 'duivel' Voldemort. Enzovoorts. Pas op als mensen zeggen nergens in te geloven, want als je een beetje graaft, vindt de psycholoog zó waarmee het vroegere geloof gecompenseerd wordt met een 'nieuw' geloof.  De mens kan nu eenmaal niet tegen leegte, of het ontbreken van antwoorden op oervragen van het bestaan. Mythen geven 'Verlichting', Bodhi in het Sanskriet en Boeddhisme. Jazeker, Bodhidharma is ook een legendarische naam, vraag vooral niet 'Heeft hij wel echt bestaan?' Dat soort vragen brengen leegte.

Mythen rondom martial arts

Mythen rondom gevechtskunsten hebben meestal twee belangrijke doelen.

1) Ze willen 'aantonen' dat de gevechtskunst niet zomaar een nieuwtje is, maar iets wat geworteld is in eeuwenoude tradities. Zeker voor Japanners, die net als alle Aziatische culturen een diep respect hebben voor voorouders en overleveringen en rituelen, is de oudheid (of zelfs een goddelijke inspiratie) iets wat eerbied en toewijding opwekt. En vooral dat laatste is belangrijk, ook bij judo. Hoe ouder de traditie, hoe sterker het verhaal erbij, hoe dieper de judoka in zijn weg kan binnengaan, gedragen door zoveel eeuwen. Zo is judo dus meer dan sport, maar een weg door de hele geschiedenis.

2) Ze leren een moraal. De Japanse vechters, de latere Samurai en vele beoefenaars waren geen rustige heiligen. De hele Japanse geschiedenis is vol van geweld. Door het gevecht te beschouwen als geworteld in vreedzame systemen, Taoisme, monnikendom, 'temt' men als het ware het oergevoel van (mannelijk) geweld. Zoals bijna alle religies ook een temperende factor hebben op het menselijk temperament, en ook wij nu nog allerlei spreukenpagina's op Facebook hebben om ons leven op vreedzame paden te leiden. Spreuken uit allerlei mysterieuze oosterse bronnen en mythen. Daarom willen 'ongelovigen' soms ook boeddha's en Jezus-beelden. Het geeft rust en vrede. 

Samen geven deze twee elementen mede 'zin' aan een menselijk bestaan vol tegenstrijdigheden. Mensen moeten klaarkomen met het element 'tijd', de oervragen rond het geboren-worden en sterven, en al die periodes. Door ze te wortelen in tradities, staan ze steviger. Mensen moeten klaarkomen met hun gebrokenheid, waardoor ze dingen doen die ze eigenlijk niet (moeten) willen. Door ze te wortelen in morele tradities krijgen ze een vaste basis om goed en kwaad uit elkaar te houden en het goede te doen. 

Bovendien geven de 'gevechten' op leven en dood in de martial arts de beoefenaar een kick van onsterfelijkheid, zoals ik op 21 december jl. al schreef. Daarmee dragen ze bij tot een gevoelsmatige overwinning op de oer-vijand, de dood.

Daarom dat Jigoro Kano wel degelijk meedeed met de mythen van Japan. Hij was er zelf in geworteld, maar hij zag - hoe verlicht/westers hij ook was - ook de opvoedkundige betekenis van rituelen en overleveringen. Daarom dat judoka allerlei kleine tekenen van rei bewaren en buigingen doen. Dat is geen onzin. Staande in mythologie en traditie, probeert het judo het geweld te temmen door partnerschap en wederzijds respect/eerbied/vriendschap. Met dat in gedachten, en de noodzaak van een ideaal in de wereld tussen de wereldoorlogen, kwam Kano tot het doel van Jita Kyoei.
Mythen zijn geen geschiedenis, maar ze veranderen de geschiedenis door ons uit te dagen naar een ideaal te reiken. Zonder idealen hebben we niets om naar te streven. En ze laten ons zien waarom het de moeite waard is een gevechtskunst te beoefenen. (Keith Vargo)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten