zondag 29 januari 2017

Kage 影: het leven is taai maar wij ook

Je hoeft geen judoka te zijn om tegenslagen te moeten incasseren. En ook geen kickbokser die knock out wordt geslagen. Het leven geeft op zijn tijd aan ieder van ons een flinke klap.

De Japanners spreken dan over kage 影, wat letterlijk 'schaduw' betekent. Volgens Dave Lowry, de bekende budo-kenner die ik twee maanden geleden ook aanhaalde in verband met het kanji voor kata  形, zijn beide begrippen verwant. Want net als bij kata 形 is het rechterdeel van het teken een beeld van de zon die binnenvalt, en die in het raster in het linkerdeel een patroon van schaduwen geeft, en daarmee een 'afdruk', 'silhouet' heeft, wat dan ook alle betekenissen zijn voor kage 影.

Soms is het leven taai, maar bedenk altijd: dat ben jij ook
In overdrachtelijke zin zit de ziel van mensen vol met 'afdrukken' die soms nog lang hun schaduwen werpen over het leven. Je zou kage 影 in dat opzicht zelfs mogen zien als een 'trauma'. Oorlogen en geweld laten diepe sporen na, maar ook kleinere dingen, afhankelijk van de kracht van een persoon. Sommige mensen zijn nu eenmaal sneller gekwetst dan anderen.

Daarom beschrijft Lowry kage 影 ook in relatie tot de budo-wegen. En daarom is judo ook zo goed voor kwetsbare kinderen of volwassenen. 
De bugeisha laat niet toe dat een katastrofe of ongeluk hem overdondert, of zijn emoties overweldigt. Hij laat ook niet toe dat ze een litteken aanbrengen op onze ziel en hem laf en geïntimuideerd achterlaten. Zijn Weg is een product van een cultuur die doordrongen is van het Boeddhisme. De Weg spoort hem aan om de aanwezigheid van calamiteiten te accepteren. Omdat zijn pad er een is die hij kent en die met succes in betekenis is gegaan door mensen voor hem, heeft hij vertrouwen in zijn mogelijkheid om tegenslag te overwinnen of zich aan te passen aan wat komt. (Sword and Brush, p. 90-91)
Een judoka is een taaie mens. Ook als hij christen is, neemt hij de innerlijke houding van de Japanner aan, en kan hij daarmee zijn eigen tradities verrijken - zoals de christenen zeggen dat het kruis van Jezus hun kracht is. Lijden is niet fataal. Een Japanner staat daarom ook netjes in de rij, zelfs na een aardbeving of andere natuurramp. De houding die wij wellicht 'gelaten' noemen en niet positief duiden, is echter een houding van innerlijke kracht. Huilen mag, maar het heeft niet het laatste woord. De Japanner lijdt, maar staat er tegelijk boven. Judo leert door/met vallen en opstaan, te lachen om een val, of spierpijn, of een verlies. Wij kunnen ons aanpassen aan de vele schaduwen die over ons leven vallen, en springen er overheen naar waar de zon wel schijnt. Want daar worden we in getraind: om nooit te blijven liggen.

Ook als het leven dus taai is, kage, laat een judoka zien dat hij zeker zo taai is.


zondag 22 januari 2017

Ontspanning in / door judo

Dit blogje gaat niet over onze vrije-tijdsbesteding maar over hoe we ontspannen kunnen zijn bij inspanning, in het bijzonder wat we op de mat doen.

Hoe kunnen we ontspannen? 

We weten uit het gewone leven al dat heel veel spanning tussen de oren zit. Mensen worden zelden overspannen van hele zware lichamelijke inspanning. Als ze iets lichamelijk niet aankunnen, raken ze gewoon geblesseerd en komen in de ziektewet. Maar mensen die het werk niet aankunnen ofschoon het lichamelijk wel meevalt, worden blijkbaar gepakt door een onzichtbaar spook in hun hoofd waar ze geen vat op krijgen. En dan gaan op den duur zelfs de leukste en gemakkelijkste dingen niet meer.

Judo kan helpen om van een bepaalde overspannenheid af te komen. Maar slechts in een bepaalde mate. Want zoals gespannen mensen wel ervaren: de spanning krijgt al snel een enorme impact op het lichaam en als een judoka té veel spanning in zijn lijf heeft, kan zelfs het meest simpele partijtje al een drama worden met grote blessures - vallen met te veel stress in je lijf werkt niet goed. 

Angst

Toch is judo ook een bron van spanning voor veel mensen. En de grootste brok spanning daarbij is: angst. 
  • Angst om te vallen
  • Angst voor pijn 
  • Angst voor blessures
  • Angst om te verliezen
Angst roept een lichamelijke reactie op. Het overlevingsmechanisme van de mens komt in actie en de bijnier produceert extra adrenaline, een hormoon en neurotransmitter die het lichaam in de 'vechtstand' zetten, door extra voedingsstoffen rond te pompen zodat de afweer in werking kan treden. Het geeft een gevoel van stress als het lichaam op die manier opeens hard gaat werken.
In feite zijn deze angsten een psychische reflex tegen een vorm van mislukking, zowel in het lichaam als in de geest. Waarbij met name de angst voor pijn ook nog enorm beslag leggen op de hersenactiviteit: de prikkels die de zenuwen afgeven bij hevige pijn, nemen enorm in beslag. Blessures zijn meestal ook pijnlijk, dus daarvoor geldt dat ook. 

De werking van de hersenen en de adrenaline-stoot, zijn een enorme factor bij angst en stress op de mat.
-- Allereerst is er de herinnering die met name pijn en blessures uit het verleden weer op een akelige manier 'tot leven' lijken te wekken. Die spiegelt als het ware de ervaringen van het verleden in een soort angstbeeld die in het lichaam afweerreacties oproept - en de adrenalineproductie 'aanzet'. Die afweerprikkels werken letterlijk en figuurlijk op je zenuwen en zorgen er niet alleen voor dat je ontwijkende bewegingen gaat maken (die op zich goed kunnen zijn) maar ook dat je gestresste bewegingen maakt. En zoals bekend, op de mooie weg van jû is soepelheid en flexibiliteit een ideale toestand, terwijl die angstprikkels doen verstarren en rigide maken. 
-- De angst om te vallen is deels ingegeven door pijn-angst, deels door een natuurlijke afkeer om je over te geven aan de zwaartekracht. Heel het lichaam van een judoka is één activiteit van balans-training. In zekere zin is ukemi-training een noodzakelijke, maar tegengestelde training aan wat een judoka wil: balans en controle bewaren. De voeten, het bewegen rond de hara, het hele lichaam wil maar één ding vermijden: verlies van controle over het geheel. Vallen is ook om die reden iets 'dramatisch' en hoe veel ukemi men ook doet: zeggen dat de tatami je vriend moet worden, gaat voorbij aan de 'existentiële strijd' van de judoka in tachi-waza.
-- Verlies roept bij elke mens een hevige emotionele weerslag op. Of dat nu gaat om het traumatische verlies van een dierbare of een trouw huisdier, of het simpele verlies van een loterij, veiling, of wedstrijd. Waarom zitten mensen helemaal in een soort stress te kijken naar wedstrijden? Waarom raken mensen zelfs verslaafd aan de kick van gokken, waaghalzerij, en zulke dingen? Omdat die stress in het lijf heel sterk is, de euforie van het winnen, maar ook het diepste dal van verliezen. Judoka en andere sporters die veel verliezen, bouwen daardoor een heel pakhuis aan negatieve stress op die angsten kan opwekken die meer betekenen dan een gekwetst ego. Ook omdat de hersenen velieservaringen kunnen uitvergroten en naar het heden kunnen spiegelen. De hormonen gaan daarmee vervolgens aan de haal.

Hanteren van spanning en stress

Hoe kunnen judoka dit allemaal hanteren? Zijn er wel methodes om angst en stress een plaats te geven in een judoleven? Moeten we er maar mee leven of kunnen we het over-leven of zelfs overwinnen? Of moeten we maar stiekem een beta-blokkertje slikken?

1) Ademhaling. Er zijn nogal wat studies gedaan naar het ontspannende aspect van de ademhaling bij allerlei vormen van angsten en spanningen. Ik ga daar hier geen exposé over houden, noch bepaalde vormen van oefeningen of therapie aanbevelen. Ik ben wel geboeid tussen de relatie van de onderbuik en de hersenen. Wij reguleren onze adem niet alleen met de longen, maar vanuit het diepere balans- en coördinatiepunt in ons lichaam. De Aziatische kunsten spreken over onze hara. Ook de balans vanuit de heupen komt er vandaan, en het stuurt ook de diepte van de longactiviteit. Vaststaat dat de hoeveelheid zuurstof in het bloed cruciaal is voor de rust in het hart, en ook voor de hersenactiviteit. De zuurstof moet dan in het bloed ook nog goed hechten en getransporteerd worden, en het lichaam blijkt dan een wonderlijk samenspel van allerlei organen te zijn waar we nog lang niet alles van weten. Wat hoe dan ook vaststaat, is dat een diepe ademhaling vanuit de buik, die rustig in- en uitademt, enorme invloed heeft op de factor stress, de adrenalineproductie, en in staat is om het hartritme onder controle te houden, en de hersenen een zekere rust te brengen. Alsof je - als je leeft vanuit je buik - minder leeft vanuit je (onrustige) hoofd. Het is bekend dat meditatie een belangrijke manier is om je ademhaling te leren sturen, door een sterke meditatieve focus.

2) Training. Het is belangrijk bij een training om de pijngrens op te rekken, kleinzerigheid snel te vergeten (letterlijk: uit je hoofd duwen) maar ook een actief bewust proces van pijnbeleving op gang te brengen. Zoals een fitnesser moet leren dat spierpijn 'lekker' is als het met mate wordt opgebouwd, zo moet ook een judoka leren omgaan met pijn en in zijn hoofd de negatieve lading vervangen door een positief gevoel. En dat kan. Elke mens is in staat met zijn hoofd een pijngrens op te schuiven, en meestal lukt dat door naar een hoger doel te streven. Soms kan dat doel zo hoog zijn, dat men er zelfs regelrechte marteling voor doorstaat en niet opgeeft aan de tirannie. Maar anderen doen dat minder extreem door hun levenslust zo sterk te maken dat ze kunnen leven met reuma of aanverwante pijnbezorgers. Een judoka zou ook bij elke training een pijn-bewustzijn moeten hebben, en bij elke training die pijn een plaats geven in zijn achterhoofd. Zodat de natuurlijke reflex bij pijn wordt verminderd en de spiegel die het brein hem voorhoudt in een vergelijkbare situatie, niet tot angststress leidt.

3) Omgaan met risico. Dit punt is verwant aan pijntraining. Maar heeft ook verwantschap met de stress van winnen en verliezen. Zoals een fitnesstraining heel geleidelijk opbouwt en de spieren laat 'wennen' aan de oprekking en overstrekking, zo kan de judoka ook heel bewust zijn gevoel van risico ontwikkelen, zodat hij haarscherp gaat zien tot waar hij kan gaan. Judo is volgens Kano altijd: weet wanneer je moet stoppen. Zowel bij fysieke training als bij een streven naar winst, moet hij calculerend leren omgaan met het tegenovergestelde: het risico op verlies of over-trainen. Dat is een mentaal (intellectueel) proces wat niet onbewust verloopt, maar wel heel belangrijk om de impact van het risico op stress, te sturen, binnen de juiste proporties te zien. Soms zelfs te relativeren. En altijd een zekere rust te bewaren. Het kijken naar extreem spannende films kan dit overigens ook trainen, om niet enorm opgewonden te raken. 

4) Ukemi. Elke judoka traint een leven lang om balans te vinden tussen balans willen bewaren en balans durven verliezen. In beide situaties kan hij niet als een verstijfde plank zijn. Een judoka die in tachi-waza te stijf staat (niet alleen met de armen) verliest juist zijn balans. Zijn partner zal ook elke beweging aanvoelen en tegen hem gebruiken. Maar het ontspannen lichaam blijft beter staan, en zo valt ook een ontspannen lichaam beter. Niet als een lamme zak aardappelen, maar zeker niet als een plank. Het vallen is niet alleen een eindeloze fysieke training, maar nog meer een mentale overgave aan de natuur. Alleen als de judoka zich één kan maken met de natuur, wordt zijn lichaam als water en kan het zijn volle lichaam gebruiken om te rollen en te bewegen. Dat klinkt mooi maar is zo moeilijk! Het punt waarop de natuurlijke reflex om balans te houden of herstellen, overgaat in een reflex van overgave, is cruciaal en bijna niet te meten. In de hersenen moet deze activiteit echter wel steeds plaatsvinden en wel op topsnelheid. Dat vraagt véél oefening.

5) Lichamelijke inspanning ontspant. Hoe dat precies werkt, zijn de wetenschappers nog niet uit, maar het is aangetoond dat bijvoorbeeld hardlopen enorm ontspant. Zo is ook een judotraining die lekker diep gaat, iets wat in het lichaam bepaalde stoffen losmaakt die zo prettig voelen dat ze andere negatieve stoffen in de hersenen kunnen overwinnen, zoiets. Alsof je de stress er uit zweet. Het is niet alleen omdat judo 'leuk' is, dat mensen een zekere verslaving aan het spel kunnen ervaren, en tijdens de vakanties terugzakken in een lamlendigheid die ook op de geest uitwerkt.
Wat wel vaststaat, is dat als je je hart flink 'op zijn donder geeft' bij duur- of piekbelasting, de bloedvaten elastischer worden, verhoogde (bloed)druk beter aankunnen en de hartslag sneller daalt na inspanning of stress. Wat de impact op de hersenen en stresshormonen is, van een extra toestroom van zuurstof en 'vers bloed', is nog onderwerp van meer onderzoek, maar simpele waarneming zegt: hoe dieper je gaat, hoe beter je je voelt (naderhand) en hoe beter je je blijft voelen.

Omdat het menselijk lichaam in zekere zin nog zo veel geheimen heeft en geen mens hetzelfde is, is het geven van een pasklare oplossing voor spanningen en stress niet te geven. We kunnen ook heel veel processen van lichaam en geest niet met medicatie reguleren. Judo biedt veel mogelijkheden om te werken aan ontspanning en niet alleen omdat sport de gedachten verzet. 

zondag 15 januari 2017

Uke 受け de ontvanger

Naar aanleiding van de ingewikkelde studie naar de rollen van uke en tori vorige week, vertaal ik graag een stuk van de eerder aangehaalde Dave Lowry die in zijn boekje "Sword And Brush," het kanji karakter "Uke" onder de loep neemt.
Als mensen spreken over 'stoer' dan gaat het onvermijdelijk al snel om jonge mannen en vrouwen op de 'weg' en de opvattingen gaan vrij heen en weer. Een zekere meester vertelt men dan, sloeg een tegenstander bewusteloos met de kortst mogelijke stoot. Een ander, zal een ander zeggen, trok met zijn blote handen een jonge boom uit de grond. Van een ander wordt verteld dat hij spruiten van groene bamboe met blote handen kon breken. Vergelijkende bewijzen van kracht worden in zulke gesprekken als teken van stoerheid gezien, vooral bij jongere bugeisha (een student van klassieke martial arts). De meer oudere vertegenwoordigers zullen er echter toe geneigd zijn om een andere manier van stoerheid zien. Als de ervaring toeneemt, komt ook de kennis dat stoerheid minder een kwestie is van uitdelen, maar echt meer de vaardigheid om te ontvangen.
Uke is een pictografisch kanji (Japans karakter), het ene geschreven om twee handen te schilderen - een naar beneden reikend, de ander naar boven uitstrekkend -  en tussen beide het karakter voor 'boot'. Deze overdracht van goederen van de ene persoon naar de andere, werd door de eeuwen heen het kanji om de handeling van het 'ontvangen' aan te geven. De bugeisha gebruiken het woord vaak. In de worstelende bugei, wordt de methode om veilig te vallen algemeen ukemi genoemd, het 'ontvangende lichaam'. In judo terminologie is degene die wordt geworpen uke, de 'ontvanger'. Bij de karate oefening is degene die wordt aangevallen de ukete, de 'ontvangende hand'.  In kendo is de verdediger de ukedachi, het 'ontvangende zwaard'.
In deze en andere uitdrukkingen in het bugei lexicon, wordt het belang van de term uke overduidelijk. Het wordt in judo kringen meestal verkeerd vertaald als degene die de techniek 'neemt' (takerUke wordt geworpen en wordt beschouwd als de verliezer (loser) in die manier van denken.
Door te snappen dat uke meer precies de 'ontvanger' betekent, opent zich een nieuwe visie voor de beoefenaar. Als je uke bent in de training betekent het niet dat je passief de techniek aanneemt. Het is integendeel een houding van ontvangen, de worp ontmoeten zogezegd. De mentaliteit van de uke is niet die van berusting of nog erger van halsstarrig verzet. De uke vloeit, absorbeert de kracht van de worp en als hij valt is zijn ukemi niet een teken van nederlaag. Zijn val is gecontroleerd. Hij ontvangt en veert weer op.
De term ukete in karate en ukedachi in kendo zijn onderworpen aan vergelijkbaar misleidende vertalingen. Hier worden ze vaak verkeerd gedacht als degene die de aanval 'blokkeert'. Dus niet. De ukekata, of 'ontvangende vormen' van kendo en karate vereisen het ontvangen van de inkomende kracht om die weg te geleiden en te gebruiken tegen de aanvaller.
In een trainingssituatie van gevorderde beoefenaars zullen er zeer oude bugeisha zijn, oudere mannen en vrouwen, en men ziet ze op een gelukkige manier vallen of klappen krijgen, elke keer weer, van kinderen die trainen. Tegen adolescenten, jong en vol van zichzelf, zullen de senioren net zo meegaand zijn, op een milde manier alle overvloedige energie van de jeugd aannemend, zonder verwondingen of schrammen. Totdat de slimsten onder de jongeren tot het besef komen dat er iets meer in deze activiteit zit dan op het eerste gezicht lijkt. Sommigen van hem zullen beginnen te vermoeden dat de stoerheid van deze oudere bugeisha iets is dat ze nog gaan ontdekken als ze voortgaan op de weg. Ze zullen beginnen te zien wat de echte stoerheid van het ontvangen is.
Dave Lowry, Sword and Brush, p. 80-82

zondag 8 januari 2017

Motodachi: 元立ち

Wij hebben het bij het judo heel vaak over de rolverdeling tussen tori 取 en uke 受. We versimpelen dat bij de gewone training al snel tot degene die werpt/uitvoert (tori) en degene die geworpen wordt/ondergaat (uke). Met het idee dat tori actief is, en uke passief. Vanuit de klassieke budo snapt men van zo'n manier van denken helemaal niets...

Allereerst zijn de rollen van tori en uke - ook in het judo - een afgeleide van kata. En wie kata oefent, leert al snel dat de rol van uke allesbehalve passief is. Ik ga daar volgende week op verder! Tori is ook geenszins de winnaar of de agressor of de sterkste. Het is geen bokswedstrijd waarbij tori winnaar is en uke verliezer omdat de winnaar harder kon slaan. 

Wij gebruiken in het judo de naam 'uke' ook voor oefeningen tussen twee judoka waarbij de rol van deze 'uke' wel degelijk passiever is, en dat maakt de begripsverwarring compleet. Is er sprake van tori en uke bij een oefening als uchi-komi? Bij het repeterend oefenen van katame-waza (houdgrepen/armklemmen/verwurgingen) buiten een kata-verband? Kan men spreken van uke als deze geen andere rol heeft dan incasseren?

Kijken bij kendo

Om dit helder te krijgen, moeten we wellicht kijken bij de budo die met zwaardvechten te maken hebben, zoals kendo. We moeten daarbij bedenken dat de overeenkomsten tussen judo en kendo veel groter zijn dan we denken. Jigoro Kano hield van kendo en zou als hij tijd had gehad, beide wegen graag met elkaar hebben verbonden.

Kendo maakt wat betreft de rolverdelingen een scherp onderscheid tussen kata en realistische gevechtshandelingen enerzijds, en het droog oefenen anderzijds (uchi-komi 打ち込)*, wat bij zwaardvechten nauwer luistert dan bij judo omdat de precisie met dodelijke wapens beter moet zijn. Maar dat kan de judoka ook leren zijn 'wapens' (handen, voeten, lichaamsbeweging) ook beter te leren!

In de kendo kata spreekt men over twee rollen. De uchidachi 打太刀 (letterlijk: slaande of treffende zwaard) die ook wel ukedachi 受太刀 (hetzelfde kanji als uke, letterlijk: het ontvangende zwaard) is de verantwoordelijkheid voor een senior-kendoka. Want... net als bij onze kata en in aikido is uke de aanvaller die een lesje moet leren en dus verliest. Hij ontvangt de techniek die zijn partner als antwoord op zijn aanval geeft. De 'zwaard-aanval' zien we in het nage no kata nog terug bij ippon seoi nage, waar uke een soort shomen uchi (正面打ち)* wil maken. Bij judo zonder wapens, maar wel met dezelfde houwende armbeweging die dan door tori wordt opgevangen en overgenomen. Uchidachi is meestal dus de beginner, de aanvaller, in de kata-rol de 'slechterik' en geweldenaar.

Degene die wij in de judo-kata de tori 取り (de “nemende”) noemen, heet in het kendo de shidachi 仕太刀 (de werker, het uitvoerende zwaard) en die rol wordt bestemd voor de junior die moet leren slaan/werken. De shidachi voert de techniek dus uit en eindigt als 'winnaar'.

Wij zijn in ons judo-kata bijna vergeten dat de rol van de uke/uchidachi zeker zo veel kundigheid vereist als die van de tori/shidachi. In het kendo is de uke-rol echt iets voor de gevorderde want het welslagen van tori hangt af van de kwaliteit van de aanval van uke. Wij versimpelen dat vaak tot 'een goeie valmaat', maar uke doet méér dan vallen... het is een zeer actieve rol die veel fijngevoeligheid vereist, zoals exact de juiste afstand (ma-ai), stappen, beweging!

Buiten het kata geen uke

In het kendo wordt niet meteen elke keer een volledige kata-oefening gedaan, zoals wij in judo ook heel veel oefenen zonder een volledige worp of grondgevecht. Je moet de techniek duizenden keren doen, om de bewegingen te leren kennen, en te voelen hoe je controleert, pakt, balans verstoort, tai sabaki maakt, voetposities. Degene die dat ondergaat, noemen ze bij kendo absoluut geen uke, vanwege de specifieke actieve taak van een uke in de andere omstandigheden. Het kendo noemt die ontvanger motodachi: 元立ち. Let op de kanji. dachi in dit verband heeft het kanji 立 en dat kennen we ook als ritsu 立 (in ritsurei 立礼, de "staande buiging") of nog meer als tachi in tachi waza (立ち技). Het gaat hierbij om staan, en dat is iets heel anders dan tachi/dachi 太刀 wat 'zwaard' betekent...  Moto 元 betekent: oorspronkelijk, basis-. Motodachi is dus: de basis-positie, basisstand.
Het laat zien dat de motodachi als ontvanger bij uchi-komi in kendo dus eigenlijk een redelijk passieve 'pop' is die de klappen opvangt. In judo is dat in principe net zo. 

De rol in judo uchi-komi 内込 *

Kun je daarmee de motodachi vervangen door een pop of een trekband aan een boom, om eindeloos veel worpinzetten te kunnen maken? Nope. Een motodachi in het judo ontvangt de techniek met de dynamiek van het bewegen, en bij overnames of combinaties stapt hij actief mee al volgt hij slechts het voorgeprogrammeerde systeem. Verder is van enorm belang dat hij de uitvoerende helpt door de juiste druk uit te oefenen op degene die inzet. Dat hij zich laat meenemen in de pakking en balansverstoring. Dat hij de juiste spanning van zijn hara uit laat gaan. Dat hij exact de juiste afstand blijft bepalen want zonder dat mislukt elke worp uiteraard. 

En verder is zijn rol essentieel verschillend van de uke-rol omdat hij zelf niet léért. Hij geeft aan, hij helpt de tori bij het leren. En omdat hij zelf niet leert, noemt men hem bij kendo anders... Voor het repeterende leren van de tori is de motodachi echter vreselijk belangrijk. Ook in het judo zou bij de uchi-komi denk ik veel meer aandacht mogen uitgaan naar de specifieke taak van degene die de techniek ondergaat, en wat zijn aandachtspunten zouden moeten zijn. Zonder een goede motodachi leert degene die 1000 uchi-komi maakt namelijk zo goed als niets, behalve zijn motoriek en conditie. Maar geen techniek.


----------------

* Noot. de kanji voor uchi-komi in kendo en judo zijn verschillend. Lekker makkelijk hè?
In kendo: Uchikomi (打ち込) uchi als een vervoeging van utsu (打つ, slaan/raken) en dus hetzelfde uchi als in shomen-uchi 正面 打ち en komi net als bij judo een vervoeging van komu 込む, ergens in gaan.
In judo: uchi komi (内込) waarbij uchi 内 hetzelfde is als bij o-uchi-gari (大内刈) en uchi-mata (内股): binnenwaarts. 
Bij judo is uchi-komi dus: binnendraaien/ er in gaan/ binnen stappen, en bij kendo : er in gaan door te slaan.  

zondag 1 januari 2017

Shoshin ni kaeru (初心に返る)

Het nieuwe jaar begint weer knallend en knetterend met veel vuurwerk en champagne, maar hopelijk ook met goede voornemens. We willen graag vooruitkijken, maar op een jaarwisseling is het ook prima om eens om te kijken en je af te vragen: wat is er van mij geworden, zowel als judoka, als mens? Heb ik waargemaakt wat ik oorspronkelijk wilde? Moet ik misschien terugkomen op sommige ontwikkelingen en mijn intenties weer eens scherp stellen? 

In het judo kan dat ook nog wat verder gaan, zoals Japanners doen: scherpstellen op de oorspronkelijke bedoelingen van de traditie, van Jigoro Kano, of de algemene doelstellingen van het judo. Ben ik trouw aan de principes van jita kyoei en seiryoku zenyo? Of ben ik langzaamaan meer gefocust geworden op mijn eigen gewin? Kan ik terugkeren naar een 'onbedorven' tijd?

De Japanners hebben daar een uitdrukking voor: shoshin ni kaeru. (初心に返る)
We beginnen 2017 weer met wat ik in 2016 ook al deed: wat Japanse taal. 

sho = oorspronkelijk, begin, 心 shin = hart, intentie, bedoeling.
初心 shoshin is dus: de oorspronkelijke bedoeling. 
返る kaeru is een oude bekende want hier betekent het 'terugkeren naar' maar in kaeshi is het 'teruggeven' en dan hebben we het over 'counteren' in normaal Nederlands.

En je kunt die gedachte ook meenemen, als je er aan denkt om in 2017 te stoppen met trainen. Denk dan nog eens na waarom je ooit begonnen bent en haal het oorspronkelijke plezier nog eens voor je geest...