zondag 20 maart 2016

Debana (出端): timing, gevoel, motoriek, training

Debana (出端) - ook wel als dehana uitgesproken. hebben we al vaker besproken op dit weblog. Letterlijk betekent het: het 'beginmoment'. Wij vertalen het vaak met: het 'juiste moment'. De kans om een techniek te doen.

In feite is het vooral een kwestie van timing. Timing die volledig afhangt van snelheid. Snelheid en debana zijn onlosmakelijk. En dat betekent twee dingen:

rood grijpt zijn kans
a) Snappen wat er gebeurt. Kansen zijn er in een judo voortdurend. Een judoka beweegt, en bij elke beweging verstoort hij héél even zijn balans die hij bliksemsnel ook weer herstelt. Het is als frequentie die we uitdrukken in Hertz (hz). Elke judoka heeft balans / balansverstoring in een frequentie van misschien wel 10 hz of meer: 10 mini-verstoringen per seconde. Zoiets? Het vraagt derhalve een kans grijpen in werkelijk de spreekwoordelijke 'fractie van een seconde'. Dát moment onderscheiden, of we het nou zien of aanvoelen willen noemen, is één facet van debana. Het vraagt een getraind zintuig (of meerdere zintuigen zoals ogen en tastzin), razendsnelle berekening in de processor van onze hersenen en de juiste beslissing in een flits. Door veel mat-ervaring worden de hersenen daarin getraind. Oefening baart kunst in deze.

b) Motoriek. Razendsnel een kans zien/voelen is mooi, maar om in een fractie van een seconde te kunnen reageren met een eigen beweging die niet door de partner meteen wordt gevoeld en overgenomen, vraagt dat je niet alleen de slimste, maar vooral de snelste bent. Je spieren moeten dus getraind zijn om de beslissing van de processor met een enorme explosie te kunnen omzetten in spierbewegingen. Waarbij snelheid waarschijnlijk belangrijker is dan kracht! Kracht kan - sorry voor de woordspeling - een zwaktebod zijn waarmee een slomere timing wordt verdoezeld. Maar snelheid en kracht zijn ook een kwestie van massa, dus om die reden is het hanteren van gewichtsklassen in het judo zo gek nog niet. Lichte judoka zijn niet voor niets vaak veel sneller dan zwaargewichten, maar de zware jongens kunnen hun relatieve sloomheid met kracht/massa compenseren. Of anders: wie van de twee 'langzamen' is toch nog de snelste...

Beide elementen kunnen de judoka trainen. Moeten ze trainen zelfs. Training schept snelheid. In het waarnemen en in het handelen. Repetitie scherpt zintuigen en motoriek. Maakt het tot automatismen. Goede uchi komi zou dat ook moeten aanleren, en niet alleen het repeterend tai sabaki maken en dan 'hard trekken aan de ander'.

Kansen kunnen dan ontstaan of geschapen worden. Het is reageren op een balansverstoring die ontstaat door beweging en/of foutjes van de partner, of het actief uit balans brengen - wat ook altijd een reactie is op een beweging of fout. Als de ander het moment miste. Kaeshi...

Debana is dus geen magisch mechanisme. Het is een samenspel van waarnemen en actie, in een flits. De enige manier om het op te bouwen is ervaring. Veel oefening en veel drillen. En verder een beetje talent natuurlijk. Sommigen hebben nu eenmaal een fantastisch gevoel, anderen een fantastische lichamelijke motoriek. De kampioenen hebben beide. Zij pakken na intensief trainen het juiste moment. Debana.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten