vrijdag 26 februari 2010

Judoka met een houten been

Er was eens een 19e eeuwse Europese zwaardvechter en uitdager, die wel bijna zestig tegenstanders had verslagen. In zijn memoires zei hij: "Volgens mij heb ik nog nooit iemand verslagen die helemaal normaal was."
Wat hij bedoelde te zeggen was, dat al zijn tegenstanders - als ze nog in staat waren iets te zeggen naderhand - een of ander excuus hadden voor hun nederlaag.
Sommige judoka zijn precies hetzelfde. Ze hebben altijd een verklaring waarom ze slecht hebben gepresteerd.

Het is gewoon heel moeilijk om een judokampioen te worden. Er moeten een heleboel lichamelijke en mentale kwaliteiten samenkomen op het juiste moment. Bij veel net-niet-kampioenen ontbreekt er gewoonlijk net één mentaal dingetje. Mensen zeggen dan: "hij is zo briljant in de dojo... (pauze)... maar hij heeft wat last van zijn temperament - aan de andere kant, dat maakt hem juist zo goed!" Of men zegt van een ander: "hij zou wel wereldkampioen kunnen zijn als hij het wilde ...(pauze)... maar hij is daar niet zo op uit."
Ik kan wel een lijst maken van alle redenen waarom ontzettend goede judoka het niet helemaal maken, maar eigenlijk maakt het niet uit waarom iemand geen kampioen is. Omdat hij of zij een fataal gebrek in zijn karakter heeft, wat net zo erg is als een houten been hebben. Het maakt immers niet uit wat je gebrek is.

Syd Hoare, Judo Strategies, 13-14


Zou het daarom kunnen zijn dat Jigoro Kano als één van de drie judoprincipes had: 'Jiko no Kansei' - streef naar perfectie met heel je wezen? Niemand is perfect, zeggen we wel eens. Ook heel gemakkelijk. Natuurlijk, er zijn maar weinig mensen echt geniaal. Wie op de mat geen enkel gebrek heeft, is de onoverwinnelijke. De meeste kampioenen hebben wel tien gebreken, maar daarmee winnen ze van de tegenstander die er elf heeft. Allemaal waar. Maar de excuusgeneratie die we nu zijn, legt zich wel heel gemakkelijk neer bij al die gebreken. Wie streeft er naar die echte perfectie? Wie legt zijn eigen uitvluchten eens in een sankaku? Nee, daar wordt niet afgeklopt... daar mag, nee, móet je bijna doordrukken tot ze letterlijk 'buiten bewustzijn' raken. Ik verzeker je, dát voelt goed, als je dan niet bang bent om door te drukken!

Misschien moet elke judoka zichzelf eens afvragen: wat is mijn 'houten been'?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten