maandag 28 februari 2011

Het geheim van kumi kata (1)

Waar begint een judotechniek eigenlijk mee? Dat is een belangrijke vraag. Een analyse van een worp brengt veel interessante punten naar boven.

De meeste judoka zullen zeggen: ik pak vast. In het gunstigste geval voel ik wat mijn partner doet, en dan maak ik de techniek, zet in, en werp. OK.

Kumikata en de vereniging van twee judoka

Vastpakken. Dan denken we aan kumi-kata, om het maar eens op zijn Japans te zeggen. Wat betekent dat woord eigenlijk? Kumi-kata 組方 bestaat uit twee begrippen/kanji die iets zeggen over wat we in judo eigenlijk doen. Het kanji 方 = kata. Dat betekent: de manier waarop, een weg, maar op een andere manier dan de weg in ‘ju 柔 do 道’. Weg hier als ‘methode’, technisch en niet spiritueel bedoeld. (Ook niet te verwarren met 'kata' 型 of 形, de 'vorm' van het judo kata!) Vanuit het Japans is 'kata' in 'kumi-kata dus ‘richtinggevend’, maar ook als een soort principe. Het kanji 組 kumi vertalen we gemakkelijk met ‘grijpen’ Maar eigenlijk betekent het veel meer “groep, team, verband, paar” en het komt van het Japanse 組む: kumu: verenigen, associëren, samenvlechten.
Letterlijk betekent kumi-kata dus niet zomaar ‘vastpakken’, maar: “Een manier om je met de ander te verenigen”. Kort gezegd: teamwork.
Het originele Japans drukt daarmee iets uit van wat judo ten diepste wil zijn. Het heeft niets te maken met agressie of geweld, maar met verbinding tussen twee mensen. Het ‘vastpakken’ is een middel tot een hoger doel van judo. Een manier om tot vereniging te komen. Daarover in een volgend blog nog eens wat meer.

Na het vastpakken volgt als het goed is de kuzushi en de debana. Dat wil zeggen: de ander raakt uit balans door zijn eigen beweging of jouw pakking en dan heb je de gelegenheid om te werpen. Is het zo simpel?

De schepping van technieken

Als je de gelegenheid voelt, ga je het werk uitvoeren. Het ‘maken’ van de techniek is een soort scheppingsdaad in het Japans: tsukuru 作る (letterlijk: scheppen, maken). Nu komen we op een belangrijk punt. Het scheppen van een techniek gebeurt door ons verstand. Je doet niet zomaar iets! Wanneer judo als intellectuele opvoeding heeft gewerkt (zie het menu ‘strategie’ op mijn webpagina mitesco.nl), dan gaat het principe van jukuryo danko werken (besluitvaardig handelen na zorgvuldige beschouwing.) Na eerst zorgvuldig te hebben waargenomen (met alle zintuigen, niet alleen de ogen, maar vooral de tastzin in de handen) wordt er razendsnel gehandeld. De meeste judoka wéten echter niet eens wat ze doen. Ze zeggen: ik voelde wat ik moest doen. Ja, inderdaad. Maar dat voelen is óók een waarnemen, zelfs zonder je ogen te gebruiken. Het komt vanuit de kumikata. De pakking als aanvoelen van elkaar. Vanuit dat eerste aanvoelen, voel je de kuzushi. Je verstand zegt dan als het ware “nu!” (debana) en vervolgens “en nu díe specifieke techniek beginnen!” (tsukuri). Dat is dus de uitvoering, waarop volgt: kake (voltooien) en nage (werpen). Allemaal in een fractie van een seconde.

(Vanuit het begrip van ‘kumu’ – verenigen, is de schepping van een techniek natuurlijk ook iets van het hart, je bedenkt niet alleen een mooie techniek, maar ook een manier om iets met je partner te delen. Het is niet alleen technisch-rationeel, maar ook moreel-emotioneel. Zie daarover later.)

Nu gaan we een stap verder.

Verkennende pakking

Als judo een weg is om je te verenigen met een ander (zowel op micro-niveau op de mat als op macro niveau in de samenleving – jita kyoei) dan is het altijd iets van de twee judoka die een ‘paar’ (kumi) gaan vormen op de mat. Het spelen met een zachte pakking als verkenning is een manier om af te tasten. Verkennen, zonder definitief plan waar je naar toe wilt. Openheid, onbevangenheid. Wat sommige judoka doen: vóór een randori of wedstrijdje al willen weten met welke worp ze gaan scoren/werpen is dwaas. Althans: leuk verzonnen, maar zó on-judo! It takes two to tango. Echte judoka stemmen zich volledig open af op elkaar en daarvoor is de eerste verkennende kumikata bedoeld.

Harde pakking
Het moderne gripfighting is in strikte zin geen kumikata te noemen. De pakking van sommige gevechten is zó hard en sterk, dat de judoka 1) niets meer kunnen voelen in hun knuisten en 2) eigenlijk al de pakking hebben van de eigenlijke worp. (Zou bestraft moeten worden!) In de worpfase (tsukuri/kake/nage) moet er natuurlijk heel anders worden vastgepakt. Veel judoka wéten niet eens het verschil, vóelen het niet eens. Pakken is pakken en altijd volgas. Helemaal anti-judo. Zeker als judoka de pakking van de ander gaan bevechten of ontwijken… dat kán in judo niet. Wat een onzin om van kumikata een stierengevecht te maken. Toch gebeurt het constant zo.

Twee soorten van vastpakken

We moeten weer onderscheid maken tussen de eerste pakking (de verkennende) en de tweede pakking (de uitvoerende). Daar zit tussenin: kuzushi, debana, tsukuri – balansverstoring, gelegenheid en het ‘maken’ van de techniek. Twee totaal verschillende vormen van grip.
-- Bij de eerste voel je alles in volkomen ontspanning en als poging om je te verenigen.
-- Bij de tweede heb je gekozen hóe je je verenigt met de ander in die specifieke techniek en span je de spieren aan om - met de energie die de ander je heeft gegeven - te kunnen werpen.
Bij de tweede vorm van grip 'verraadt' uke zijn tsukuri - wat hij van plan is en waarmee hij begint. Nog vóór hij de tai-sabaki van de worp gaat doen. Beide vormen kunnen elkaar overigens ook razendsnel afwisselen. Maar ze zijn wel te onderscheiden.

Kun je het nog volgen?
Dit verhaal is uiteraard niet te volgen voor een judoka die nét zijn gele band heeft en blij is dat hij drie beenworpen goed kan doen. Maar dit blog is ook voor gevorderden.

Nog een stapje verder dan.

Ping pong en go no sen

Wat vóel je nu eigenlijk van je partner als je hem verkent? Je voelt zijn bewegingen, maar ook al zijn plannen. Je voelt hoe hij een techniek opzet en jou probeert te sturen. De ander is eigenlijk steeds aan het zoeken naar jouw onbalans, en als hij die waarneemt, ‘schept’ hij een techniek zoals jij dat óók bij hem doet. Wat gebeurt er dus eigenlijk ten diepste tijdens de verkennende fase? Twee slimme judoka voelen van alles, analyseren dat in een fractie van een seconde, maken daar iets van, en proberen. Als de partner dat voelt, reageert hij daarop met zijn eigen waarneming en poging. Een ping-pong-spel van energiestromen. Via de handen en de beweging van het lichaam als signalen uitgezonden. Met de hara als balanspunt en het verstand als analytisch brein. Met de handen… die het allemaal doen in die fase. Een afwisseling dus ook van pakkingen: van zacht naar hard en terug als dat nodig is. Naar gelang de ander reageert en jij dat waarneemt.

Judo is dus altijd een afwisseling van de verschillende vormen van ‘sen’ (initiatief). Maar een goede judotechniek is bijna principieel ‘go-no-sen’, dat wil zeggen: tori steelt het initiatief van uke en werpt op basis van de energie die uke geeft. Als je Nage no Kata goed begrijpt, ga je dat voelen en ervaren. Het is nooit tori die de agressor is (agressie is geen judo) en tori is ook nooit de krachtpatser. Hoe dat werkt, analyseren we verder.

Tori voelt dus in de verkennende pakking de reeds uitvoerende pakking van uke, hij weet op die manier wat uke wil (diens tsukuri) en daar reageert hij op, voordat uke in staat is de techniek te voltooien (kake). Het gaat hier dus om het exacte moment van grip tussen het begin en de voltooiing van de techniek (tsukuri en kake) waarin tori nog iets kan doen of overnemen! Als de kake fase is begonnen, wordt tori tot uke en moet hij overschakelen op ukemi!

Nu komt het dan: tori's worp/techniek is dus in feite veroorzaakt door uke! Als tori werpt, is uke's aanval (tsukuri) mislukt. Als uke echter tori werpt, heeft uke gevoeld waar tori mislukte. In feite is tori’s uitvoerende kumikata dus een resultaat van uke die zijn definitieve kumikata op tori toepaste, tori voelde de overgang tussen de verkennende pakking en de uitvoerende pakking en hij pakt uke vervolgens razendsnel op zijn eigen misstap. Tori voelt uke dus niet alleen omdat er een worp wordt ingezet, maar aan de pakking voelt hij razendsnel dat het gebeurt. Uke verraadt zijn tsukuri al met zijn handen voor zijn hele lichaam tot tai-sabaki overgaat. De valstrik voor uke. Dat is judo. Dat is go-no-sen.

Is dit nog te volgen?

Golven

Het ping-pong-spel van de twee energiestromen is tevens de eenwording van de twee judoka. De energie is als water. Het gaat stromen of golven naar de ander toe. Het stroomt niet weg, lekt niet. Een gesloten circuit tussen de twee judoka. Het wordt opgenomen door de ander. Heen en weer, heen en weer. Tot er bij de ander een opening ontstaat of de ander iets meer geeft dan hij in zijn balans aankan (kuzushi). Dán loopt uke een stukje leeg, en tori ‘drinkt het water van uke’ en werpt. De grootste eenwording van beiden geschiedt als de één heeft gegeven en de ander heeft genomen. Uke neemt de worp in de ukemi, tori neemt ukes energie voor hij werpt. Uke geeft zijn energie, en tori neemt het. Ippon.

In een volgend blog ga ik proberen uit te leggen hoe Tokio Hirano zijn eigen specifieke manier van kumikata had, van éénwording met zijn uke… inderdaad: via golven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten